Draaiboek FIOD-bezoek aan belastingadviseurs
Begeleid de FIOD-opsporingsambtenaren naar een ruimte waarin geen dossiers aanwezig zijn. Vraag naar het doel van het bezoek en beantwoord geen vragen. Denk er aan dat FIOD-ambtenaren zich als medewerkers van de Belastingdienst kunnen aanmelden.
Vraag de FIOD-medewerkers zich te identificeren. Doorgaans mag het legitimatiebewijs worden bekeken, maar mag het niet gekopieerd worden. In dat geval is het verstandig de identificatiegegevens zorgvuldig op te schrijven, vooral de naam, het pasnummer en de geldigheidsdatum.
Neem daarna contact op met de leidinggevende van kantoor op een plaats buiten gehoorsafstand van de FIOD-ambtenaren. Als de FIOD-medewerkers naar een specifieke werknemer vragen is het van belang deze werknemer te informeren nadat de leidinggevende op de hoogte is gebracht. In géén geval gaat de gezochte werknemer alleen in gesprek met de FIOD-opsporingsambtenaren. Als de leidinggevende niet aanwezig of anderszins bereikbaar is, verzoekt u de FIOD-ambtenaren later terug te komen.
Bij binnenkomst: de rol van de receptioniste
Na binnenkomst: de rol van de leidinggevende
Neem direct contact op met een fiscaal advocaat, bij voorkeur een advocaat die zich in het fiscale strafrecht heeft gespecialiseerd. Deze kan u verder adviseren hoe te handelen. De contactgegevens van de fiscaal advocaten van KanPiek Fiscale Advocatuur zijn:
Informeer bij de FIOD-opsporingsambtenaren naar de aard en grondslag van het strafonderzoek. Treed niet alleen in gesprek met de FIOD-ambtenaren maar zorg dat een kantoorgenoot u vergezelt (bij voorkeur niet de gezochte werknemer). Vraag naar de status van kantoor en de gezochte werknemer. Er zijn slechts twee smaken: verdachte of getuige. In beide gevallen bestaat er geen verplichting om vragen van de FIOD te beantwoorden. Maak van dit recht gebruik en probeer zo veel mogelijk informatie van de FIOD-medewerkers te verkrijgen. Noteer alles dat wordt besproken.
Nadat de FIOD-ambtenaren de reden van hun bezoek hebben gegeven dient u zich bij een fiscaal advocaat nader te informeren over uw rechten en plichten. Verzoek de FIOD-opsporingsambtenaren te wachten met het onderzoek totdat u een fiscaal advocaat heeft gesproken. De FIOD-medewerkers staan verschillende dwangmiddelen ten dienste ten behoeve van het onderzoek. Een aantal van die dwangmiddelen wordt hierna besproken. In het algemeen is het dringend advies om niet verder mee te werken dan waartoe de wet u verplicht. Voorkomen moet worden dat schending van uw contractuele geheimhoudingsverplichting het gevolg is van een vrijwillige keuze uwerzijds.
Vraag de FIOD-opsporingsambtenaren of zij u als verdachte of als getuige willen horen. Bent u verdachte? Vraag dan van welk strafbaar feit u wordt verdacht. Bent u getuige? Vraag dan wie de verdachte is en waarvan hij wordt verdacht.
Indien u als verdachte wordt aangemerkt heeft u het recht om met uw fiscaal advocaat te praten voordat het eerste verhoor begint. U kunt zich als verdachte te allen tijde beroepen op uw zwijgrecht. Maak van dit recht gebruik. Naast het recht om te zwijgen heeft u als belastingadviseur ook een contractuele verplichting jegens uw cliënt om te zwijgen. Wijs de FIOD-medewerkers daar op. Eenmaal afgelegde verklaringen kunnen in beginsel niet meer worden teruggenomen. Gezegd is gezegd. Alles wat is gezegd kan en zal tegen u of uw cliënt worden gebruikt.
Als u als getuige wordt aangemerkt bent u contractueel tot geheimhouding verplicht. U kunt als getuige door de FIOD-opsporingsambtenaren niet worden verplicht om medewerking te verlenen aan een verhoor. U mag als getuige ook niet door hen worden meegenomen voor verhoor. Alleen een rechter kan u -na oproeping- tot spreken verplichten. Een belastingadviseur kan zich bij een rechter niet beroepen op een wettelijk verschoningsrecht. Wél beschikt de belastingadviseur over een afgeleid verschoningsrecht als hij door een fiscaal advocaat is ingeschakeld. Iedere getuige
heeft bovendien een verschoningsrecht indien hij door te spreken zichzelf of directe familieleden zou belasten.
FIOD-verhoor
De FIOD-opsporingsambtenaren kunnen u zowel schriftelijk als mondeling verplichten om stukken te geven ter inbeslagneming. Als deze vordering schriftelijk geschiedt, is het verstandig afschrift van het bevel te vragen. Is de vordering mondeling gedaan dan dient u te vragen om een schriftelijke vastlegging van dat bevel. De FIOD-opsporingsambtenaren mogen in beginsel elke plaats betreden voor zover dat nodig is voor het strafonderzoek. Zij mogen zoekend rondkijken en voor de hand liggende voorwerpen in beslag nemen. Er mag zonder aanwezigheid van de (hulp)officier van justitie echter niet gericht worden gezocht. Dat betekent dat geen laden en kasten mogen worden geopend. Mede om die reden is het raadzaam een opgeruimd bureau te hebben en dossiers op te bergen in afgesloten kasten.
Vraag een redelijke termijn (enkele dagen) om aan de vordering tot uitlevering te voldoen. U heeft dan de tijd om de vordering door een fiscaal advocaat te laten toetsen, zodat u uitsluitend stukken verstrekt waartoe u wettelijk bent verplicht.
Vraag een nauwkeurige beschrijving van de gegevens die door de FIOD-opsporingsambtenaren worden gevorderd. Verstrek uitsluitend de voorwerpen en gegevens die worden gevorderd. Maak een kopie van de stukken en gegevens die aan de FIOD-ambtenaren worden verstrekt. Zorg ervoor dat u met ten minste twee personen bij de inbeslagneming aanwezig bent. Als een kopie niet tot de mogelijkheden behoort, maak dan een lijst van de stukken en dossiers die in beslag zijn genomen. Op die manier weet u op een later moment wat u aan de FIOD-opsporingsambtenaren heeft verstrekt. Stukken waarop een afgeleid verschoningsrecht rust, dienen verzegeld te worden verstrekt ter beoordeling door de rechter-commissaris. Wijs de FIOD-medewerkers daar op en bewaar correspondentie van en met geheimhouders in een aparte (digitale) ordner.
Met het oog op uw contractuele geheimhoudingsverplichting is het raadzaam om schriftelijk protest aan te tekenen tegen een vordering tot uitlevering. Hierbij dient bedacht te worden dat niet-nakoming van een vordering tot uitlevering een strafbaar feit kan opleveren, namelijk het opzettelijk niet voldoen aan een ambtelijk bevel.
Inbeslagname en uitleveringsvordering
Bel voordat de doorzoeking van start gaat een fiscaal advocaat en vraag de FIOD-opsporingsambtenaren te wachten met hun doorzoeking totdat uw fiscaal advocaat er is. U heeft tijdens de doorzoeking recht op bijstand van een fiscaal advocaat.
Bij een doorzoeking mag meer dan alleen maar zoekend worden rondgekeken. Ook kasten en lades mogen worden opengemaakt. Het verdient daarom aanbeveling dat u (of de gezochte werknemer) zelf de gewenste stukken aanlevert. Hiermee voorkomt u een ‘fishing expedition’ waarbij de FIOD-ambtenaren toevalligerwijs tegen andere belastende stukken aanlopen. Verzoek om een nauwkeurige omschrijving van de gegevens die door de FIOD-ambtenaren worden gevorderd.
De FIOD-opsporingsambtenaren zijn bevoegd om kopieën (images) te maken van digitale gegevens, mits minder vérgaande bevoegdheden niet effectief zijn (zoals het vorderen van papieren bescheiden). Als computers zijn beveiligd kan uw systeembeheerder worden verplicht toegang te verschaffen tot de computers. Een bevel hiertoe mag echter niet aan een verdachte worden gegeven. Maak bezwaar tegen een algehele kopie van de harde schrijf. Door een duidelijke verdeling in uw bestanden aan te brengen -bijvoorbeeld ordenen per zaak en onderwerp- kunt u mogelijk voorkomen dat de FIOD-ambtenaren over meer informatie beschikken dan nodig is voor het fiscale strafonderzoek. Alsdan kan ook het standpunt worden ingenomen dat de inbeslagneming zich dient te beperken tot de specifiek gezochte gegevens.
De punten die hiervoor bij het “Verhoor” en de “Inbeslagneming en vordering tot uitlevering” zijn genoemd zijn ook op de doorzoeking van toepassing. U moet er verder rekening mee te houden dat telefoongesprekken worden afgeluisterd en afluisterapparatuur of andere technische hulpmiddelen zijn geplaatst.
Doorzoeking ter vastlegging van (digitale) gegevens
Aanhouding en voorlopige hechtenis
Een verdachte mag 6 uur voor verhoor worden opgehouden. Daarna kan de verdachte in het belang van het onderzoek voor maximaal 6 dagen in verzekering worden gesteld. Na de voorgeleiding aan de rechter-commissaris kan de verdachte voor maximaal 14 dagen in bewaring worden gesteld. De rechtbank kan vervolgens een hechtenis van maximaal 90 dagen bevelen.
Ja, ik wil graag de handzame flyer van het draaiboek FIOD-bezoek toegezonden krijgen.